top of page

§7 opbouw van een rivier

Opbouw rivier.jpg

Figuur 1: Opbouw van een rivier

Opbouw van een rivier

Rivieren zijn van wezenlijk belang voor Nederland. Deze rivieren hebben Nederland gevormd tot het land wat we nu zijn. Hierdoor hebben we ook moeten leren leven met deze rivieren. Belangrijk is dat ook om goed te weten hoe een rivier precies eruit ziet en hoe die werkt.


Een rivier kunnen we grofweg in drie stukken hakken (figuur 1).
In de bovenloop begint de rivier. Dit is het steilste stuk van de rivier, waardoor hier het water ook het hardst stroomt. Als gevolg van dit snel stromende water heeft de rivier een eroderende werking. Het water schuurt beetje bij beetje laagjes van het gesteente af. De rivier neemt dit sediment vervolgens mee naar beneden.


In de middenloop wordt het al wat vlakker en neemt de snelheid van het water dus ook af. Een deel van het sediment zal dan ook al worden neergelegd of afgezet. Dit noemen we sedimentatie. Wel stroomt het water nog snel genoeg dat er ook nog sprake is van erosie.


Het laatste stuk van de rivier noemen we de benedenloop. Hier is het al vrij vlak en stroomt het water relatief langzaam. Hierdoor is er voornamelijk sprake van sedimentatie en gaat de rivier meanderen.

Soorten rivieren

Niet elke rivier heeft eenzelfde oorsprong. Een gletsjerrivier wordt, zoals de naam al doet vermoeden, gevoed door smeltwater van een gletsjer. Deze rivieren zijn er, in de puurste vorm, niet of nauwelijks op aarde. Een regenrivier heeft geen beginpunt in de hoge bergen, daar waar de gletsjers liggen. Regenrivieren ontstaan bij een bron en worden gevoed door regenwater. Voorbeelden hiervan zijn de Maas en de Donau. Wanneer een rivier door zowel smeltwater als regenwater wordt gevoed spreken we van een gemengde rivier. De Rijn is hier een goed voorbeeld van.

Typen+rivieren+A.Gletsjerrivier+B.Gemengde+rivier+C.Regenrivier.jpg

Figuur 2: Typen rivieren met regiem

Regiem maas en rijn.jpg

Figuur 3: Regiem van de Maas en de Rijn

Afvoer van rivieren

Rivieren voeren water af, brengen water dus naar de zee. De hoeveelheid water die op een bepaald moment door de rivier stroomt noemen we het debiet. In droge tijden zal het debiet dus lager zijn dan wanneer het geregend heeft. Als we de jaarlijkse afvoer bekijken, dan kijken we naar het regiem van een rivier. In figuur 3 is te zien dat het regiem van de Rijn regelmatiger is dan het regiem van de Maas. De komt hoofdzakelijk omdat de Rijn als gemengde rivier dus regenwater en smeltwater afvoert. De Maas voert alleen maar regenwater af. Het lagere debiet van de Maas in de zomermaanden kunnen we verklaren door een hogere verdamping en een groter gebruik door de mens, flora en fauna.

Stroomgebied

De omvang van het stroomgebied is van invloed op de afvoer van een rivier. Hoe groter het stroomgebied is hoe meer water er wordt afgevoerd. Het stroomgebied geeft aan via welke rivier het water binnen dat gebied wordt afgevoerd naar de zee. Het stroomstelsel, alle rivieren binnen het stroomgebied, zal ook groter zijn wanneer het stroomgebied groter is. De grens tussen stroomgebieden noemen we een waterscheiding.

Stroomgebied Yangtze.jpg

Figuur 4: Stoomgebied, stroomstelsel en waterscheiding van de Yangtze rivier.

Doorsnede rivier.jpg

Figuur 5: Doorsnede van een rivier

Riverengebied

Sinds het begin van de mensheid moeten mensen leven met aanwezigheid van rivieren. Mensen zijn deze rivieren gaan bedwingen om er controle over te krijgen. Dit hebben ze gedaan door dijken aan te leggen. In eerste instantie legde men de zomerdijken aan. Later zijn er winterdijken bij gekomen. De ruimte tussen de zomer- en winterdijken noemen we uiterwaarden. Deze dienen in de wintermaanden, wanneer er meer water door de rivier wordt afgevoerd, als waterbuffer (figuur 5). In de zomermaanden kunnen de uiterwaarden gebruikt worden voor bijv. veeteelt en recreatie.
Het bedijken van de rivier brengt ook gevaren met zich mee. De dijk kan een keer doorbreken. Door hoogwater zal de druk op de dijken toenemen, waardoor de kans op dijkdoorbraken ook toeneemt. Wanneer de druk op een dijk langere tijd aanhoud kan de dijk ook verzadigd raken. Ook de golfslag als gevolg van de scheepvaart kan de dijk doen laten breken. Tijdens hoogwater gelden dan ook vaarbeperkingen.

©2025 Carolus Borromeus College 

Vaksectie aardrijkskunde 

bottom of page